Batman.

"Daar" wijzend over de Beatrixlaan in de richting van de Akkerweg, "lag ooit de ouwe Akker." Vergane glorie uit en armzalige tijd, waarvan nagenoeg alle sporen eind jaren zestig door de slopershamer weggevaagd zijn.
Alleen de twee witte keien bij de brandgang tussen Akkerweg en Julianalaan hebben de tand des tijds doorstaan en markeren exact waar de onverharde Akker - ooit Akkersteeg genaamd - gelopen, dan wel gelegen heeft.

Thans Prins Willem Alexanderplein. Zichtbaar is nog een stukje Ouwe Akker.

Starend in vertroebeld verleden doemen de tot onbewoonbaar verklaarde arbeiderswoningen ver achter mijn zintuigen op.
Een aaneenschakeling van vergrijsde, nu niet niet bepaald riant te noemen, onderkomens met in het midden een poort waarin het winkeltje van de gezusters Zus en Teun Gerritsen gehuisvest was.
Ben er zeggen, aslmede schrijven eenmaal binnen geweest.
Wat ze er nu precies verkochten is me nooit helemaal duidelijk geweest, maar dat het niet de ideale werkomgeving voor een Robin Hood in spe was, stond mij direct helder voor ogen.
Het was er niet alleen allerjezus klein, maar ook - zo niet vooral - eigenaardig.
Misschien wel eng.
Met name die ene zus.
Niet die een, maar die ander.
Die met dat blauwe oog.
Tering, die blik.
Ik voelde hem direct koppies geven.
Scheet zowat in m'n broek.
Niet eens om dat mens, maar om dat oog.
Sodeknetter, dat zag er dus echt niet uit.
Degene (met een slinkse blink naar haar zuster) die haar zo spontaan op deze dajakker getrakteerd had verstond zijn/haar vak en had bij deze overduidelijk laten blijken om een boodschap gestuurd te kunnen worden.
Het kan zwart/wit, het kan kan zouthout zijn geweest, maar ik gooidemijn kwartje op het schaaltje, gritste het snoepgoed van de toonbank en schoot als een speer de Akker over.
Robin had de boodschap begrepen.

De schemer doet zijn intreden als we door de Bernhardlaan richting de auto slenteren, welk nabij de Eikenlaan geparkeerd staat.
"Kijk daar" wijzend richting nr. 45 "precies op de hoek, daar is opa Doef met z'n knar tegen de muur geknald.
"Je kan nog precies zien waar, kijk stuk uit de muur."
Het fijne weet ik er ook niet meer van, maar naar het schijnt heeft hij met een iets te hoge snelheid, de bocht iets te ruim genomen en reed vervolgens zo op z'n solex het leven uit.

Stilzwijgend dwaal ik af naar vele jaren terug en zie mijzelf - verkleed als Batman - vanaf de schuurtje de hoek om komen zeilen.
Gehuld in vol ornaat (een uit goedkoop platsic vervaardigd masker en een tot cape omgeturnde jas met capuchon, welk met de overbekende koordjes om mijn nek gebonden zat) vloog ik blerend "......Batman......Batman....Batman" door in schemer gehulde brandgangen, met de absolute pretentie om de voor mij uit vluchtende Joker voor eens en voor altijd de nek om te draaien.
Ik zat hem verrekte dicht op de hielen.
"Batman.....Batman.......Batman........."
Het was nu of nooit.
Een kans uit duizenden, die ik ten kosten van alles wenste te verzilveren.
We naderden de hoek.
"Batman.....Batman.......Batman........."
De Joker wist dat zijn laatste uur geslagen had.
Alleen een wonder kon hem nog uit deze precaire situatie redden, maar zo ongeduldig as'tie was wenste hij niet op dat wonder te wachten en dook derhalve in een alles of niets poging een heg over, om middels een tweede gewaagde jump zijn voorsprong met enkele meters te vergroten.
Uitermate verrast door deze briljante alsmede moedige ingeving, bekroop mij het angstige vermoeden dat de Joker alsnog aan de sterke arm van de wet dreigde te ontglippen en realiseerde mij dat een tegenaktie niet kon uitblijven.
"Batman.....Batman.....Batman........."
Getergd door die verrassende wending sprak ik al mijn reserves aan en denderde vlak voor de hoek, met de moed der wanhoop, dwars door de heg heen.
"Batman.....Batman.....Batman........."
Het reultaat was verbluffend.
Nog voor zijn tweede sprong was ik de Joker tot op centimeters genaderd.
"Batman.....Batman.....Batman........."
Bijna zij-aan-zij vlogen we over de tweede heg, toen mijn hand op zijn schouder neerplofte.
"......NOOIT...!!........" brulde de Joker..."...........NOOIT.....!!.........."
"Batman.....Batman....."....een plotselinge schok......."Bhegggggggmhhhhhhen".... Ademnood, direct gevolgd door een ongenadige smak tegen de grond alsmede het keiharde besef dat het wonder alsnog aan de noodrem getrokken had.
Als een schicht verdween de hevig lachende Joker opgelucht de duisternis in.
Letterlijk te neergeslagen krabbelde ik overeind en gaf een gefrustreerde rotschop tegen het één meter hoge wonder, waar achter mijn cape was blijven haken.
Knoopte met veel pijn en dito moeite de koordjes los, bestudeerde met een diepe zucht de winkelhaak en slofte vervolgens - mompelend "Pak'eum morgen wel met voetballen." - huiswaarts.

Een page terug..Een page vooruit