(Uit de coll. Johan Schothorst)
"Kijk pap daar gaat kabouter Plop."
"Nee jongen, da's niet kabouter Plop, maar kabouter Ben."
"Kabouter wie pap...."
"Kabouter Ben jongen."
"Kabouter Ben..???.....Wat is een kabouter Ben pap?"
"Kabouter Ben jongen, is een knagend geweten in knickerbocker."
"Wat is dat pap, een knickerbocker?"
"Een drollenvanger jongen."
"Een drollenvanger pap ?????......Schijt'tie in z'n broek dan?"
"Niet dat ik weet jongen, maar zo heet nu eenmaal de bedrijfskleding die kabouter Ben draagt."
"O.....enne...euh, waar woont kabouter Ben pap."
"Dat weet ik niet jongen, maar in ieder geval ver van de werkelijkheid."
"Kabouters wonen toch altijd in het bos pap?"
"Dat is zo jongen, maar kabouter Ben is er eentje van een apart ras."
"Is'tie zeldzaam pap?"
"Gelukkig wel jongen."
"Met uitsterven bedreigt pap?"
"Ja jongen, maar dat moet je niet verder vertellen hoor."
"Nee pap."
Traaij, waar nu de ETOS zit.
"Pap?"
"Ja jongen."
"Wat doet kabouter Ben."
"Kabouter Ben zoekt fietsend spijkers op laag water jongen."
"Maar er is hier toch geen laag water pap."
"Dat weet jij, dat weet ik, maar kabouter Ben kennelijk nog niet jongen."
"Dus kabouter Ben zoekt naar iets wat er niet is pap?"
"Precies jongen."
"Gôh, wat zielig nou voor kabouter Ben pap."
"Ja jongen, kabouter Ben is inderdaad zielig."
"Heeft'tie nog nooit wat gevonden pap?"
"Ja wel jongen, één keertje, jaren geleden."
"Wat heeft'tie toen gevonden pap?"
"Een stukje geloofwaardigheid jongen."
"En wat heeft hij daar mee gedaan pap?"
"Teruggegooid in het lage water jongen."
"Waarom teruggegooid pap?"
"Om het vervolgens weer opnieuw te gaan vinden jongen."
"Dat begrijp ik niet helemaal pap."
"Dat schept een band een jongen."
Kruispunt Traaij / Arnhemsebovenweg
"Pap?"
"Ja jongen."
"Heeft kabouter Ben het ooit nog teruggevonden?"
"Nee jongen, daarom rijdt hij nog steeds op zijn fietsje rond."
"Maar eens zal hij het toch vinden.....hè pap?"
"Ben bang dat'tie hier over honderd jaar nog fietst jongen."
"Over honderd jaar..????....Kan een kabouter Ben zo oud worden pap?"
"Dan zijn ze pas op de helft jongen."
"Pap?"
"Ja jongen."
"Zo oud kunnen wij niet worden hè?"
"Gelukkig niet jongen......gelukkig niet."
|